Via vakbladen en gespecialiseerde tijdschriften delen wij ons onderzoek met andere wetenschappers en geïnteresseerden. Hieronder vind je een korte toelichting bij elke publicatie en een link naar de volledige tekst. Het merendeel van ons onderzoek wordt gepubliceerd in Open Access, wat betekent dat je de teksten gratis kan lezen. Enkele tijdschriften kiezen er echter voor om de publicaties pas na enkele jaren gratis ter beschikking te stellen. Om op zoek te gaan naar publicaties over een specifiek onderwerp of auteur uit ons corpus, kan je de trefwoorden in de lijst aan de rechterkant aanklikken.
-
Machtig en krachtig op elke leeftijd
Het verband tussen leeftijd en macht is in de jeugdliteratuur vanuit verschillende perspectieven bestudeerd. Terwijl sommige wetenschappers zich vooral richten op de macht van de volwassene, bespreken anderen de macht van het kind, zoals Clémentine Beauvais, die stelt dat de macht van een kind vooral zijn potentieel is dat de toekomst voor hem in petto heeft. In zijn bredere onderzoeksproject onderzoekt Leander Duthoy hoe de leeftijd van lezers hun begrip van leeftijd in jeugdliteratuur beïnvloedt. Met dit hoofdstuk in Children’s Cultures after Childhood bouwt hij voort op het leeftijd/macht-debat met een analyse van de reacties van lezers op het concept leeftijd in het kinderboek Iep! (Joke van Leeuwen, 1996). Deze verzamelde hij in 29 individuele interviews en twee focusgroepgesprekken met twintig deelnemers tussen 9 en 75 jaar oud. Daarnaast neemt Leander afstand van een strikt op leeftijd gebaseerde analyse. In plaats daarvan bekijkt hij verschillende manieren waarop de discussie over macht – het vermogen om verandering teweeg te brengen of te voorkomen – een meer dynamisch en onderling verbonden begrip van de individuele ervaringen van mensen met zich meebrengt.
De interviews vonden online plaats tijdens de COVID-19 lockdown, wat resulteerde in de machteloosheid van enkele oudere deelnemers, die hulp nodig hadden met de gebruikte technologie. De minderjarige deelnemers waren dan weer afhankelijk van hun ouders, die in naam van hun kind correspondeerden met Leander om het interview te regelen. Sommige ouders hadden ook invloed op de situatie door het interview met hun kind bij te wonen. Op hun beurt oefenden enkele jonge deelnemers ook een vorm van macht uit door weerstand te tonen, door te zeggen dat ze alleen aan het onderzoek deelnamen omdat hun ouders hen daartoe verplichtten of omdat ze toch een boek moesten lezen voor school. In elk geval zou men situaties waarin iemand afhankelijk is van de hulp van iemand anders niet moeten zien in termen van ‘machteloosheid’, maar net als een vorm van intergenerationele verstrengeling die macht geeft en bovendien illustreert dat leeftijd wordt geconstrueerd in een bredere sociale en materiële context. Kortom, Leander onderzoekt hoe de individuele ervaringen van Iep! worden beïnvloed door veel verschillende factoren, en niet enkel door de leeftijd van de lezer. Met andere woorden, macht is iets wat zowel volwassenen als kinderen kunnen uitoefenen en zelfs vaak samen onderhandelen, want macht is relationeel en wordt beïnvloed door de connecties tussen verschillende mensen, dingen, ideeën en situaties.
Duthoy, Leander. ‘Chapter 7: The Dynamics of Age and Power in a Children’s Literature Research Assemblage’.
Children’s Cultures after Childhood, edited by Justyna Deszcz-Tryhubczak and Macarena García-González, John Benjamins, 2023, pp. 102–121.
doi: 10.1075/clcc.16.07dut
-
Ook geschikt voor volwassenen
Wanneer Joke Van Leeuwen stelt dat haar boeken voor “beginnende en andere mensen” zijn, bedoelt ze dat ze schrijft vanuit de overtuiging dat zowel kinderen als volwassenen van haar boeken kunnen genieten. In plaats van kinderen als “minder ontwikkeld” of “helemaal anders” te beschouwen, gelooft de kinderboekenschrijfster in het kinship model (Gubar) – het idee dat kinderen en volwassenen fundamenteel aan elkaar verwant zijn. Omdat “kind zijn” alsook “volwassen zijn” in kinderliteratuur en hun adaptaties een sleutelrol spelen, onderzoekt Frauke Pauwels in dit artikel of kinderboeken en hun verfilmingen ingezet kunnen worden als intergenerationeel communicatie- en verbindingsmiddel dat het begrip tussen jong en oud kan verbeteren. Op basis van inzichten uit jeugdliteratuurstudies, leeftijdstudies en adaptatiestudies worden twee boeken van Joke Van Leeuwen en hun verfilmingen onder de loep genomen: Iep! (1996) en Toen mijn vader een struik werd (2010).
Frauke Pauwels onderzoekt of en hoe deze werken erin slagen het kinship model te vertolken of het publiek uitnodigen om leeftijdsnormen in vraag te stellen. Deze analyse levert het inzicht op dat zowel beide boeken als hun adaptaties de vanzelfsprekendheid van bepaalde ideeën rond leeftijd aankaarten en blootleggen en dat jeugdliteratuur dus zeker een speelveld kan zijn waarop uiteenlopende invullingen van leeftijdsverwachtingen elkaar kunnen uitdagen en verrijken. Toch blijkt dat de meeste volwassenen de verfilmingen nog steeds overwegend beoordelen vanuit hun overtuigingen over wat kinderen kunnen begrijpen en leuk vinden – uitgaand van hun eigen invulling als volwassene van het concept “kindsheid” of childness (Hollindale). Kortom, culturele en persoonlijke visies op wat het betekent om een kind te zijn, beperken mogelijk (nog steeds) het intergenerationele begrip dat kinder- en jeugdliteratuur en hun verfilmingen zouden kunnen stimuleren.
Pauwels, Frauke. ‘Ook geschikt voor volwassenen: Twee jeugdromans van Joke van Leeuwen en hun adaptaties als stapsteen naar intergenerationeel begrip’.
Cahier voor Literatuurwetenschap, vol. 14, 2023, pp. 157–168.
-
Perfect imperfecte moeders: de ondermijning van de “Mythe van de Goede Moeder”
Als je een goede moeder wil zijn, moet je te allen tijde emotioneel beschikbaar zijn en de wensen van je kinderen boven je eigen behoeftes stellen; dat is het beeld dat in westerse, hedendaagse samenlevingen leeft en overheerst. Hoewel dit beeld van “goed moederschap” vaak wordt gereproduceerd en daarmee bevestigd in kinderliteratuur, worden zogenaamde alter-tales (alternatieve verhalen die andere ervaringen van moederschap vertellen en verschillende perspectieven geven op wat moeder zijn betekent) steeds populairder. In dit artikel onderzoekt Frauke Pauwels hoe prentenboeken een bijdrage kunnen leveren aan de maatschappelijke wens om de “Mythe van de Goede Moeder” te ontkrachten en oprechte ervaringen van het moederschap te delen. Door de realiteit van het moederschap te presenteren in een vorm die bedoeld is voor kinderen en volwassenen, kunnen prentenboeken die andere manieren van moederschap laten zien, helpen verhalen te vertellen over eenvoudige manieren van verzet tegen de mythe.
Het Zweedse prentenboek Samtidigt i min låtsasvärld (Ondertussen in mijn denkbeeldige wereld, 2018) van auteur Lisa Bjärbo en illustrator Emma AdBåge toont hoe een moeder dagdroomt terwijl ze met haar twee kinderen aan een rommelige keukentafel zit. Dit verstoort de verwachting van de perfecte moeder door het gebruik van “kinderlijkheid” (childness) of “de kwaliteit van het kind zijn” (Peter Hollindale). In haar tekstuele en visuele analyse van Samtidigt i min låtsasvärld gebruikt Frauke Pauwels ideeën uit de sociologie, leeftijdstudies en kinderliteratuurstudies om na te denken over hoe prentenboeken kunnen helpen om een intergenerationeel begrip te creëren van alledaagse situaties. Prentenboeken die de verschillen laten zien tussen hoe het moederschap persoonlijk wordt ervaren en hoe het maatschappelijk wordt gerepresenteerd, kunnen een belangrijke rol spelen bij het loslaten van het idee dat er maar één manier is om een goede moeder te zijn.
Pauwels, Frauke. ‘Sharing Maternal Fantasies: Reading Samtidigt i min låtsasvärld as an Alter-Tale to the Good Mom Myth.’.
Barnboken – Journal of Children’s Literature Research, vol. 46, 2023, pp. 1–21.
doi: 10.14811/clr.v46.825
-
Reageren op leeftijdsconstructies in jeugdliteratuur
Op donderdag 18 januari 2024 verdedigt Leander Duthoy zijn doctoraatsonderzoek. Lees zijn volledige proefschrift hier.
Duthoy, Leander. ‘Responding to the Construction of Age in Children’s Literature: An Intergenerational Approach’.
Universiteit Antwerpen, 2024.
-
Hoe lezers denken over leeftijd, verval en wijsheid
In kinderliteratuur komen jonge lezers in contact met fictionele representaties van hun eigen leeftijd, maar ook van andere leeftijden. Hoe die leeftijdsrepresentaties in literatuur worden ervaren door lezers – jong en oud – en hoe lezers die interpretaties gebruiken om hun eigen leeftijd en de leeftijd van personages vorm en zin te geven, vormen de kernvragen van dit artikel van Leander Duthoy. Steunend op inzichten uit leeftijdstudies, gerontologie (de studie van het ouder worden) en kinderliteratuurstudies, vertrekt dit onderzoek vanuit het idee dat leeftijd geen louter biologisch gegeven is, maar ook door sociale, historische en culturele waarden, structuren en ideologieën wordt vormgegeven.
Om te onderzoeken welke impact de leeftijd van de lezer heeft op hun begrip van leeftijd in kinderliteratuur, voerde Leander Duthoy 40individuele interviews met negen- tot 75-jarige lezers over twee boeken: Iep! (Joke van Leeuwen, 1996) en Voor altijd samen, amen (Guus Kuijer, 2010). Daarnaast vonden er ook vier groepsgesprekken plaats, waarin de lezers van verschillende leeftijden op elkaars inzichten konden reageren. Uit al deze conversaties blijkt dat zowel jonge als oude lezers stereotiepe, negatieve visies hebben over ouder worden – zogezegde decline narratives. Terwijl de jongste lezers aan de hand van zulke ‘verhalen van verval’ vooral verwachtingen over de oudere personages en over hun eigen toekomst vormden, boden de antwoorden van de oudere lezers meer nuance, doordat ze zowel verval als het positieve aspect van ouder worden – ervaring en wijsheid – benoemden. Deze lezerresponsen leren ons dat decline narratives en visies op wijsheid een rol spelen in hoe lezers van alle leeftijden hun eigen leeftijd en de leeftijd van personages begrijpen, maar ook dat de leeftijd van lezers zelf hun interpretatie van verval en wijsheid beïnvloedt.
Duthoy, Leander. ‘Decline narratives en wijsheid: Hoe reflecteren lezers van alle leeftijden op de representatie van leeftijd in literatuur voor jonge lezers?’.
Cahier voor Literatuurwetenschap, vol. 14, 2023, pp. 141–155.
-
Leeftijd in David Almond’s oeuvre
Wat we van iemand verwachten, hangt vaak samen met leeftijd: werken of studeren, bij iemand inwonen of zelfstandig wonen, emoties luidruchtig uiten of onderdrukken… Maatschappelijke uitdagingen zoals de klimaatcrisis of vergrijzing van de bevolking zetten bovendien verschillen tussen leeftijdsgroepen op scherp. De afgelopen decennia groeide dan ook het domein van ‘age studies’ of leeftijdsonderzoek, ook in de studie van jeugdliteratuur. Het ERC-project ‘Constructing Age For Young Readers’ vormt daarvan een duidelijk voorbeeld.
De vele aspecten van dat onderzoek werden intussen gebundeld in Age in David Almond’s Oeuvre, waarin het team verschillende invalshoeken verkent om het oeuvre van de Britse auteur David Almond diepgaand te analyseren. Welke verschillende theorieën en methoden kunnen worden gebruikt om leeftijd in jeugdliteratuur te bestuderen? En wat zijn hun mogelijkheden en beperkingen? In verschillende hoofdstukken worden leeftijdsstudies gecombineerd met studies over het schrijven van levensverhalen, cognitieve narratologie, digital humanities, vergelijkende literatuurstudies, reader response-onderzoek en mediastudies. Via de veelzijdige analyse van leeftijd draagt het boek bij aan het begrip van Almonds oeuvre, waarvan de esthetische en thematische rijkdom alom wordt erkend. Naast de bespreking van de verfilming van zijn bekendste roman Skellig biedt dit boek ook analyses van werken die minder aandacht hebben gekregen, zoals Counting Stars, Clay en Bone Music. Lezers krijgen ook een beter begrip van Almond als crosswriter van literatuur voor kinderen, adolescenten en volwassenen.
Joosen, Vanessa, Michelle Anya Anjirbag, Leander Duthoy, Lindsey Geybels, Frauke Pauwels & Emma-Louise Silva. ‘Age in David Almond’s Oeuvre: A Multi-Method to Studying Age and the Life Course in Children’s Literature’.
Routledge, 2023.
doi: 10.4324/9781003369608
-
Intergenerationele vriendschap of verlangen?
Fire and Hemlock (1984) van Diana Wynne Jones en Autumn (2016) van Ali Smith verhalen over een intense vriendschap tussen een meisje en een oudere man. De experimentele vertelvormen van beide Britse romans omvatten een complexe chronologie, een onbetrouwbare verteller, droomscènes, hiaten en een rijk intertekstueel netwerk; zo brengen ze een vriendschap tussen generaties in beeld die kan worden gelezen als intergenerationeel verlangen. Door de experimentele verhaallijnen en reflecties op de fluïde betekenis van leeftijd roepen Smith en Jones dit controversiële onderwerp op zonder het expliciet aan te snijden. Beide romans leggen het verlangen bij het jonge meisje in plaats van bij de oude man en onderzoeken het handelingsvermogen en de momenten van machteloosheid die de vrouwelijke personages ervaren. Een leeftijdsverschil tussen kindertijd en volwassenheid is echter cruciaal om een relatie te kwalificeren als “intergenerationeel verlangen”, en hier zorgen de experimentele structuren en vage chronologieën van de romans voor ambiguïteit. Daarnaast scheppen de boeken verwarring over de aard van de aantrekkingskracht tussen de personages. Ze maken gebruik van de ambiguïteit die onvolledige herinneringen, onbetrouwbare vertellingen, hiaten in de vertelling, metaforen en intertekstuele verwijzingen achterlaten bij het thematiseren van wat gedefinieerd kan worden als vriendschap, verwantschap, liefde en/of seksuele aantrekkingskracht.
Joosen, Vanessa. ‘Holding Hands: Intergenerational Desire in Diana Wynne Jones’s Fire and Hemlock and Ali Smith’s Autumn’.
Poetics Today, vol. 44, no. 1–2, 2023, pp. 131–156.
doi: 10.1215/03335372-10342127
-
Geen plek voor oude vrouwen
Hoe hernemen fantasieverhalen stereotiepe voorstellingen van oudere vrouwen? Aan de hand van Neil Gaimans Stardust, The Sleeper and the Spindle en ‘Chivalry’ onderzoekt Michelle Anya Anjirbag het raakvlak tussen leeftijd en gender in Gaimans sprookjesachtige voorstellingen. Hiervoor baseert ze zich op het werk van onderzoekers in leeftijdsstudies Sylvia Henneberg en Susan Pickard en beschouwt ze ‘ageism’ als een dwarsdoorsnede van genderspecifieke constructies in Gaimans werk. Zo onthult ze hoe leeftijd de perceptie en constructie van gender beïnvloedt, wat kan leiden tot de verstrengeling van leeftijdsstereotypen en genderspecifieke dubbele standaarden.
Anjirbag, Michelle Anya. ‘No Country for Old Women: Age, Power, and Beauty in Neil Gaiman’s Fantasies’.
Marvels & Tales, vol. 37, no. 1, 2023, pp. 3–20.
doi: 10.1353/mat.2023.a900258
-
Dromerige ontmoetingen
In jeugdboeken kunnen dromen een plek zijn waar jonge personages en oudere figuren in het verhaal met elkaar verbonden worden. In dit artikel presenteert Vanessa Joosen drie methoden om intergenerationele ontmoetingen in en door dromen te bestuderen in een selectie van hedendaagse Nederlandstalige kinderboeken. Ze doet dit door middel van een digitale analyse van een corpus van 81 boeken om aan te tonen dat hoe ouder de personages zijn, hoe minder vaak wordt beschreven dat ze dromen. Vervolgens legt een close reading van intergenerationele dromen onder andere de associaties van dromen met genezing en dood bloot. Tot slot laat een onderzoek van lezersreacties zien dat lezers sommige droommechanismen al op jonge leeftijd begrijpen en dat oudere lezers soms gebruik maken van Freudiaanse theorie om dromen te interpreteren, maar dat sommigen zich daar ook tegen verzetten.
Joosen, Vanessa. ‘Encounters of a Dreamy Kind: Dreams as Spaces for Intergenerational Play and Healing in Dutch Children’s Literature’.
Traum und Träumen in Kinder- und Jugendmedien, edited by Iris Schäfer, Brill, 2023, pp. 35–49.
doi: 10.30965/9783846767481_003
-
Hoe verenig je verschillende domeinen die leeftijd onderzoeken?
De vakgebieden die onderzoek doen naar kindertijd, leeftijd en jeugdliteratuur blijven relatief gescheiden, ondanks hun gedeelde interesse in leeftijd, vooroordelen en agency. Dat blijkt bijvoorbeeld uit de uiteenlopende definities en toepassingen van begrippen als ‘ageism’, ‘aetonormativity’, ‘adultism’ en ‘childism’ die in deze velden gehanteerd worden. In dit artikel gebruikt Vanessa Joosen het concept ‘childism’ (John Wall) om te wijzen op de voordelen die een samenwerking tussen deze vakgebieden met zich zou meebrengen, voornamelijk bij onderzoek naar relaties tussen generaties. Aan de hand van The Granny Project (1983) van Anne Fine toont ze bovendien aan dat jeugdboeken zelf kunnen bijdragen aan de paradigmaverschuiving die Wall voor ogen heeft. Fine’s roman over het verzet van vier kinderen tegen de plannen van hun ouders om hun oma naar een rusthuis te brengen, getuigt van een geloof in de agency van jonge lezers. Het potentieel van begrip tussen generaties, dat Wall centraal stelt in zijn concept van ‘childism’, komt ook sterk naar voren.
Joosen, Vanessa. ‘Connecting Childhood Studies, Age Studies and Children’s Literature Studies: John Wall’s Concept of Childism and Anne Fine’s The Granny Project’.
Barnboken, vol. 45, 2022.
doi: 10.14811/clr.v45.745
-
Hoe ouder, hoe wijzer?
Hoe denken kinderen en volwassenen over ‘onschuld’ en ‘wijsheid’? Hoe zetten ze die in om na te denken over hun eigen leeftijd en die van fictieve personages in kinderboeken? Leander Duthoy ging in gesprek met lezers van negen tot vijfenzeventig jaar oud. In interviews en focusgroepen reflecteerden Leander en zijn lezers op twee Nederlandstalige kinderboeken: Iep! (1996) van Joke van Leeuwen, en Voor altijd samen, amen (1999) van Guus Kuijer. Jongere lezers waren zich bewust van het discours van volwassenen over kinderlijke onschuld, dat sommigen kritiekloos overnamen, terwijl anderen toegaven zich af en toe onschuldig voor te doen om aan de woede van volwassenen te ontsnappen. Bovendien gebruikten diezelfde jonge lezers ook onschuld om de leeftijd van jonge personages in te schatten. Jongvolwassen lezers beschouwden zowel jonge als oude personages soms als onschuldig. Oudere lezers benadrukten daarentegen hun eigen wijsheid en gebruikten deze lens om te reflecteren op de leeftijd van personages. Wijsheid kwam daarom naar voren als een belangrijke leeftijdsnorm die oudere lezers niet alleen gebruikten als waardering van oudere personages, maar ook om positieve betekenis te geven aan hun eigen ervaring van ouderdom. Sommige personages die door oudere lezers als bijzonder wijs werden gezien, werden door jongere lezers als naïef en onschuldig gezien. De complexe en uiteenlopende reacties van lezers zetten leeftijdsgebonden veralgemeningen rond wijsheid en onschuld dus op losse schroeven.
Duthoy, Leander. ‘“I Became Much Wiser over Time”: Readers’ Use of Innocence and Wisdom as Age Norms in Responses to Children’s Literature’.
International Research in Children’s Literature, vol. 15, no. 3, 2022, pp. 279–293.
doi: 10.3366/ircl.2022.0467
-
Ook personages scheppen een eigen verhaal
In The Savage (2008) van David Almond, geïllustreerd door Dave McKean, gaat de adolescente hoofdpersoon, Blue Baker, zelf aan de slag met verlies, verdriet en pesten, thema’s die hij grafisch uitwerkt in een verhaal over een wilde jongen, dat Blue ‘The Savage’ titelt. Het kaderverhaal in The Savage onthult niet alleen Blue’s reflecties over zijn rol als verteller van ‘The Savage’, het helpt ook te begrijpen hoe Blue continuïteit-in-verandering ervaart. The Savage, een boek over vertellen en illustreren, laat zien hoe Blue bezig is met reflectieve en transformatieve ‘narrative self-shaping’ (Hutto 2016). Op basis van narratieve geneeskunde, cognitieve narratologie, leeftijdsstudies en kinderliteratuurstudies onderzoekt Emma-Louise Silva in dit artikel hoe personages zichzelf creatief vormgeven via verhalen. Ze toont hoe belangrijk het is daarbij te kijken naar leeftijdsgerelateerde metacommentaren bij die verhalen, om uiteindelijk te laten zien hoe het vertellen en delen van verhalen bekrachtigend kan zijn, over de hele levensloop.
Silva, Emma-Louise. ‘Continuity-in-Change in David Almond’s The Savage: Narrative Self-Shaping in Moments of Metanarrative’.
European Journal of Life Writing, vol. 11, 2022, pp. 93–111.
doi: 10.21827/ejlw.11.38318
-
Schuifelen en zuchten
Jeugdliteratuur wordt traditioneel beschouwd als een drager van verscheidene ideologieën en een belangrijke factor in de socialisatie van kinderen, bijvoorbeeld in de weergave van leeftijd. Als een kinderboek oudere personages afschildert als fragiele mensen met ouderwetse gewoontes, kan dat het beeld beïnvloeden dat jonge lezers hebben van oudere mensen in hun eigen omgeving. Misschien heeft het zelfs tot gevolg dat kinderen met een negatieve blik naar de oudere generatie kijken. Het kan ook omgekeerd: wanneer kinderen vaak in contact komen met verhalen waarin oudere personages vol levenslust hun eigen pad bewandelen, zullen ze in het echte leven waarschijnlijk op een andere manier naar oudere mensen kijken. In dit artikel beargumenteert Lindsey Geybels dat niet alleen kinderliteratuur, maar ook fictie voor jongvolwassenen en volwassenen een invloed hebben op de perceptie van leeftijd, en dan voornamelijk oude volwassenheid. In een groot corpus van 41 Nederlandse boeken voor verschillende leeftijden wordt de representatie van oudere mannen en vrouwen bestudeerd aan de hand van de werkwoorden, grammaticale bezittingen en bijvoeglijke naamwoorden.
Geybels, Lindsey. ‘Shuffling Softly, Sighing Deeply: A Digital Inquiry into Representations of Older Men and Women in Literature for Different Ages’.
Social Sciences, vol. 12, no. 3, 2023, p. 112.
doi: 10.3390/socsci12030112
-
Raadt de computer hoe oud de schrijver of lezer is?
Literaire teksten bestaan uit woorden en niet uit getallen: dat maakt het niet gemakkelijk om ze voor statistische analyses te gebruiken. Met behulp van computerprogramma’s lukt dat wel. Woorden kunnen worden omgezet in getallen en zo kunnen specifieke delen van een tekst op grote schaal worden onderzocht. Wetenschappers uit verschillende domeinen keken zo op verschillende manieren naar tekstelementen zoals zinslengte, woordlengte en lexicale diversiteit. Stylometrie is een van die vakgebieden. Het vakgebied bestudeert de schrijfstijl van één auteur en let daarbij op typische elementen van hun stijl. Zo kunnen anonieme teksten toch aan een auteur worden gekoppeld. In het onderzoek naar kinderliteratuur worden die typische elementen uit een tekst meestal in verband gebracht met de complexiteit van een tekst en de leeftijd van de doelgroep. In dit artikel analyseert Lindsey Geybels gegevens van het volledige CAFYR-corpus (iets minder dan 700 Engelse en Nederlandse boeken geschreven voor verschillende leeftijden) statistisch. Zij gaat na of je met de tekstelementen beter kan achterhalen voor welke leeftijd een tekst is bedoeld, of net wie of hoe oud de auteur ervan is.
Geybels, Lindsey. ‘Determining Author or Reader: A Statistical Analysis of Textual Features in Children’s and Adult Literature’.
Proceedings of the Computational Humanities Research Conference, 2022, pp. 355–365.
-
Hoe auteurs en personages herinneringen kneden
Kinderen en volwassenen zouden qua denken en voelen niet gelijk zijn, vooral als het om het geheugen of om herinneringen gaat. Maar misschien liggen de volwassen auteur en zijn kindpersonage wel dichter bij elkaar dan verwacht. In dit artikel onderzoekt Emma-Louise Silva dat aan de hand van My Name is Mina (2010, vertaald als ‘Mijn naam is Nina’) van David Almond. Ze steunt daarvoor op filosofie en onderzoek naar de werking van het brein en het denken: dat staat bijvoorbeeld niet los van het lichaam en de omgeving. Door via die lens naar dit jeugdboek te kijken, brengt ze verfrissende inzichten in de manier waarop volwassen auteurs hun personages verbeelden wanneer dat nog kinderen zijn.
Silva, Emma-Louise. ‘Cognitive Narratology and the 4Es: Memorial Fabulation in David Almond’s My Name is Mina’.
Age, Culture, Humanities, vol. 6, 2022, pp. 1–29.
doi: 10.7146/ageculturehumanities.v6i.131854
-
Lezers onder de sorteerhoed
Vandaag verslinden kinderen vaak al in de lagere school de hele Harry Potter-reeks. Bij verschijnen groeide het personage echter mee met de lezers: bij elk volume werd hij ouder. Uit een digitale analyse van de boeken blijkt dat ook de stijl en thema’s veranderen. Zo worden zinnen langer en moeilijker. Ook gaat het geleidelijk minder over eten, school of dieren, en vaker over spirituele thema’s of de dood.
Haverals, Wouter & Lindsey Geybels. ‘Putting the Sorting Hat on J.K. Rowling’s Reader: A Digital Inquiry into the Age of the Implied Readership of the Harry Potter Series’.
Journal of Cultural Analytics, vol. 5, 2021, pp. 1–30.
doi: 10.22148/001c.24077
-
Digital humanities uit de kinderschoenen
Digitale technieken zijn in de studie naar jeugdliteratuur nog niet uitgebreid ingezet. Nochtans laten ze toe om grotere verzamelingen jeugdboeken te onderzoeken en kunnen ze onverwachte patronen blootleggen. Dat blijkt uit de analyse van het oeuvre van Guus Kuijer. Zo bevatten zijn romans, en met name de jeugdromans, opvallend veel expliciete reflecties of veralgemenende bedenkingen over leeftijd. Ook oordelen kinderen er in Kuijers boeken vaak over dat iets ‘kinderachtig’ is: meer dus dan volwassen personages, bewaken kinderen in zijn boeken wat het betekent om kind te zijn. Uiteraard blijft het belangrijk die ‘distant reading’, waarbij de computer in grote tekstverzamelingen patronen zoekt, te paren aan ‘close reading’, waarbij onderzoekers ook aandacht hebben voor de specifieke context van de roman in kwestie. Vast staat dat digitale tekstanalyse niet langer in de kinderschoenen staat, en een waardevolle bijdrage kan leveren aan de studie van jeugdliteratuur, die op haar beurt bijdraagt tot de studie van leeftijd.
Haverals, Wouter & Vanessa Joosen. ‘Constructing Age in Children’s Literature: A Digital Approach to Guus Kuijer’s Oeuvre’.
The Lion and the Unicorn, vol. 45, no. 1, 2021, pp. 25–45.
doi: 10.1353/uni.2021.0002
-
Moeten we nog bang zijn voor de ‘oude heks’?
Hedendaagse sprookjesbewerkingen spelen met gekende verhaalstof, maar maken die een stuk complexer. Dat is ook het geval bij Cinderella is Dead van Kalynn Bayron, dat het bekende sprookjes van Assepoester feministisch bewerkt. De beeldvorming rond leeftijd staat er niet los van gender. Sylvia Henneberg onderzocht eerder leeftijdsgebonden stereotypes in sprookjes; Susan Pickard verkende het motief van de ‘oude heks’ of ‘hag’. Vanuit hun bevindingen onderzoeken we de wisselwerking tussen sprookjesbewerking, ideologie rond leeftijd in traditionele sprookjes en het samenspel tussen leeftijd en gender. De veelzijdige karakterisering van oudere personages blijkt bij te dragen aan de verbeelding van intergenerationele relaties, die op hun beurt aangeven waarom er historisch en cultureel nood is aan hervertellingen van traditionele sprookjes.
Anjirbag, Michelle Anya & Vanessa Joosen. ‘“You Have to Set the Story You Know Aside”: Constructions of Youth, Adulthood and Senescence in Cinderella Is Dead’.
Humanities, vol. 11, no. 1, 2022, p. 25.
doi: 10.3390/h11010025
-
Waarom Roodkapjes oma (niet) sterker is
Talloze sprookjesbewerkingen speelden met het verhaalverloop en de waarden en normen van traditionele sprookjes. Sommige kregen uitgebreid aandacht in het literatuuronderzoek, waaronder Gillian Cross’ Wolf, een bewerking van Roodkapje. Vaak hadden onderzoekers en critici daarbij vooral oog voor nieuwe genderinvullingen. Maar gender staat niet op zich. Zo treden verwachtingen rond mannen en vrouwen of jongens en meisjes vaak in wisselwerking met ideeën rond leeftijd. Cross stelt de grootmoeder aanvankelijk voor als een sluwe, vastberaden vrouw. Toch herneemt de vertelling ook stereotiepe denkbeelden, zoals dat van de wijze oude mentor en het incapabele oude vrouwtje. Op die manier gaat Cross’ roman voorbij aan de samenwerking tussen verschillende generaties, die wel naar voren komt in het sluitstuk van het Roodkapje van de gebroeders Grimm.
Joosen, Vanessa. ‘Rewriting the Grandmother’s Story. Old Age in “Little Red Riding Hood” and Gillian Cross’ Wolf’.
Fabula, vol. 62, no. 1–2, 2021, pp. 172–184.
doi: 10.1515/fabula-2021-0007
-
Puzzelen met verhalen tot je iemand bent
Veel adolescentenromans draaien om de ontwikkeling van een eigen identiteit. Ook Aidan Chambers verkent in Postcards from No Man’s Land (in de Nederlandse vertaling van Annelies Jorna met de titel Niets is wat het lijkt) de ontwikkeling van een jongeman, Jacob. Zijn karakterisering en de evolutie van het personage kan worden benaderd vanuit intertekstualiteit, door na te gaan uit welke ’teksten’, verhalen of socio-culturele vertogen zijn identiteit bestaat, hoe die delen in elkaar passen en hoe zij veranderen – als een immer plooibare puzzel.
Duthoy, Leander. ‘A Three-Dimensional Jigsaw made of Pliable Bits: Adolescent Identity as an Intertextual Construct in Aidan Chambers’ Postcards from No Man’s Land (1999)’.
Children’s Literature in Education, vol. 52, 2021, pp. 326–341.
doi: 10.1007/s10583-020-09425-6
-
Alle lezers gelijk in het werk van Joke van Leeuwen?
Net als mensen passen boeken niet altijd in een hokje. Vooral over de status en de grenzen van jeugdliteratuur werd al vaak gedebatteerd. Multipublieksauteurs zoals Joke van Leeuwen laten zich niet afschrikken door die grenzen en schrijven voor verschillende leeftijdsgroepen, kinderen én volwassenen. Toch legt de digitale analyse van een groot deel van haar oeuvre verschillen bloot tussen de boeken die voor verschillende leeftijdsgroepen in de markt zijn gezet. Op enkele uitzonderingen na stijgen de woord- en zinslengte en de variatie in woordenschat samen met de leeftijd van de beoogde lezer. Ook zijn er minder kindpersonages in boeken voor oudere lezers, waarin ze bovendien veel minder vaak aan het woord zijn. Het beeld van ouderen is wel over quasi alle boeken gelijk, zo blijkt bij aandachtig lezen. De computer vertelt dus niet alles over lezers en lezen. Wel is hij een handig instrument om in een groot aantal boeken patronen te ontdekken.
Geybels, Lindsey. ‘Over (de) grenzen: op zoek naar de lezer in het oeuvre van Joke van Leeuwen’.
Spiegel der Letteren, vol.63, no.1–2, 2021, pp. 113–137.
doi: 10.2143/SDL.63.1.3289320
-
Leeftijd en ouderdom in jeugdliteratuur
Veel kinderboeken draaien om jonge personages. Toch zijn er ook vaak oudere personages aan zet, of verandert hun leeftijd in de loop van het verhaal. Op die manier komen kinderen via boeken in aanraking met ideeën over leeftijd. Stereotypes zoals de ‘oude heks’ of de ‘wijze oude mentor’ geven het idee door dat oude vrouwen gemeen zijn, of oude mensen vanzelfsprekend wijs. Andersom zijn er ook boeken die bewust afstand nemen van vastgeroeste ideeën. Er komt steeds meer aandacht voor intergenerationele dialoog en een genuanceerde blik op ouderdom. Onderzoek naar leeftijd in boeken en de manier waarop lezers met die beelden rond leeftijd omgaan, kan verder aantonen hoe jeugdliteratuur bijdraagt tot ideeën over leeftijd.
Joosen, Vanessa. ‘Aging in children’s literature’.
Encyclopedia of gerontology and population aging, edited by Danan Gu and Matthew E. Dupre, Springer, 2022, pp. 280–284.
doi: 10.1007/978-3-319-69892-2_250-1
Thema’s
adaptatie adolescentie cognitieve narratologie digital humanities fictieve personages intergenerationele interacties kindertijd leeftijd auteur leeftijd beoogde lezer leeftijd echte lezer oudere volwassenheid sprookjes volwassenheid
Auteurs
Aidan Chambers Aline Sax Anna Woltz Anne Fine Bart Moeyaert David Almond Ed Franck Edward van de Vendel Gillian Cross Guus Kuijer Hilde Vandermeeren J.K. Rowling Jacqueline Wilson Joke van Leeuwen Marjolijn Hof Neil Gaiman Philip Pullman