The Savage (2008) van David Almond, geïllustreerd door Dave McKean, laat zien hoe de adolescente hoofdpersoon, Blue Baker, thema’s als verlies, verdriet en pesten verkent in het ingesloten grafische verhaal dat hij creëert over een wilde jongen, een verhaal dat Blue ‘The Savage’ noemt. De metanarratieve uitingen in The Savage onthullen niet alleen Blue’s reflecties over zijn rol als verteller van ‘The Savage’, ze zijn ook van vitaal belang voor het begrijpen van zijn ervaring van continuïteit-in-verandering. The Savage, dat uiteindelijk een boek over vertellen en illustreren is, laat zien hoe Blue bezig is met reflectieve en transformatieve ‘narrative self-shaping’ (Hutto 2016). Gebaseerd op narratieve geneeskunde, cognitieve narratologie, leeftijdsstudies en kinderliteratuurstudies, onderstreept dit essay het belang van het analyseren van leeftijdsgerelateerde metanarratieve commentaren in de creatieve handelingen van personages om zichzelf vorm te geven via verhalen, om uiteindelijk te laten zien hoe het vertellen van verhalen en het delen van verhalen bekrachtigend kan zijn, en dit over de hele levensloop.
Silva, Emma-Louise. ‘Continuity-in-Change in David Almond’s The Savage: Narrative Self-Shaping in Moments of Metanarrative’.
European Journal of Life Writing, vol. 11, 2022, pp. 93–111.
doi: 10.21827/ejlw.11.38318
Vandaag verslinden kinderen vaak al in de lagere school de hele Harry Potter-reeks. Bij verschijnen groeide het personage echter mee met de lezers: bij elk volume werd hij ouder. Uit een digitale analyse van de boeken blijkt dat ook de stijl en thema’s veranderen. Zo worden zinnen langer en moeilijker. Ook gaat het geleidelijk minder over eten, school of dieren, en vaker over spirituele thema’s of de dood.
Haverals, Wouter & Lindsey Geybels. ‘Putting the Sorting Hat on J.K. Rowling’s Reader: A Digital Inquiry into the Age of the Implied Readership of the Harry Potter Series’.
Journal of Cultural Analytics, vol. 5, 2021, pp. 1–30.
doi: 10.22148/001c.24077
Veel adolescentenromans draaien om de ontwikkeling van een eigen identiteit. Ook Aidan Chambers verkent in Postcards from No Man’s Land (in de Nederlandse vertaling van Annelies Jorna met de titel Niets is wat het lijkt) de ontwikkeling van een jongeman, Jacob. Zijn karakterisering en de evolutie van het personage kan worden benaderd vanuit intertekstualiteit, door na te gaan uit welke ’teksten’, verhalen of socio-culturele vertogen zijn identiteit bestaat, hoe die delen in elkaar passen en hoe zij veranderen – als een immer plooibare puzzel.
Duthoy, Leander. ‘A Three-Dimensional Jigsaw made of Pliable Bits: Adolescent Identity as an Intertextual Construct in Aidan Chambers’ Postcards from No Man’s Land (1999)’.
Children’s Literature in Education, vol. 52, 2021, pp. 326–341.
doi: 10.1007/s10583-020-09425-6
Leeftijd bepaalt de vorm en inhoud van jeugdboeken op verschillende niveaus. Mensen hebben vaste ideeën over wat bij een bepaalde leeftijd past en wat niet. Digitale instrumenten kunnen helpen om zulke leeftijdsnormen op grotere schaal in kaart te brengen en te bevragen. De computer ‘las’ 32 Nederlandstalige jeugdboeken die zijn gepubliceerd tussen 1975 en 2018. Daaruit blijkt dat er in kinderboeken vaak expliciet opmerkingen worden gemaakt over leeftijd. Er is niet alleen aandacht voor de kindertijd, maar ook voor andere fases in het leven. In kinderboeken bewaken de leeftijdsnormen het meest en het strengst, maar hun uitspraken zijn ook vaak gekleurd door conflicten, humor en ironie.
Joosen Vanessa. ‘Te kinderachtig voor de kinderen? Leeftijdsnormen in jeugdliteratuur digitaal onderzocht’.
Vooys: tijdschrift voor letteren, vol. 37, no. 3, 2019, pp. 1–9.