Met dit essay wil Vanessa Joosen bijdragen aan een groter bewustzijn rond leeftijd. Ze pleit voor meer openheid over leeftijdsnormen en meer dialoog tussen verschillende generaties. Daarvoor richt ze zich op mensen die zich dagelijks met zo’n dialoog bezighouden. Voor dit boek interviewde ze twaalf Britse, Nederlandse en Vlaamse auteurs: David Almond, Aidan Chambers, Anne Fine, Ed Franck, Guus Kuijer, Bart Moeyaert, Aline Sax, Hilde Vandermeeren, Joke van Leeuwen, Edward van de Vendel, Jacqueline Wilson en Anna Woltz. De meesten van hen schreven boeken voor kinderen én volwassenen. Joosen ging specifiek op zoek naar auteurs die op heel jonge leeftijd debuteerden of een lange schrijverscarrière achter de rug hebben. Hoe slagen zij erin die afstand te overbruggen?
Digitale technieken zijn in de studie naar jeugdliteratuur nog niet uitgebreid ingezet. Nochtans laten ze toe om grotere verzamelingen jeugdboeken te onderzoeken en kunnen ze onverwachte patronen blootleggen. Dat blijkt uit de analyse van het oeuvre van Guus Kuijer. Zo bevatten zijn romans, en met name de jeugdromans, opvallend veel expliciete reflecties of veralgemenende bedenkingen over leeftijd. Ook oordelen kinderen er in Kuijers boeken vaak over dat iets ‘kinderachtig’ is: meer dus dan volwassen personages, bewaken kinderen in zijn boeken wat het betekent om kind te zijn. Uiteraard blijft het belangrijk die ‘distant reading’, waarbij de computer in grote tekstverzamelingen patronen zoekt, te paren aan ‘close reading’, waarbij onderzoekers ook aandacht hebben voor de specifieke context van de roman in kwestie. Vast staat dat digitale tekstanalyse niet langer in de kinderschoenen staat, en een waardevolle bijdrage kan leveren aan de studie van jeugdliteratuur, die op haar beurt bijdraagt tot de studie van leeftijd.
Haverals, Wouter & Vanessa Joosen. ‘Constructing Age in Children’s Literature: A Digital Approach to Guus Kuijer’s Oeuvre’.
Leeftijd bepaalt de vorm en inhoud van jeugdboeken op verschillende niveaus. Mensen hebben vaste ideeën over wat bij een bepaalde leeftijd past en wat niet. Digitale instrumenten kunnen helpen om zulke leeftijdsnormen op grotere schaal in kaart te brengen en te bevragen. De computer ‘las’ 32 Nederlandstalige jeugdboeken die zijn gepubliceerd tussen 1975 en 2018. Daaruit blijkt dat er in kinderboeken vaak expliciet opmerkingen worden gemaakt over leeftijd. Er is niet alleen aandacht voor de kindertijd, maar ook voor andere fases in het leven. In kinderboeken bewaken de leeftijdsnormen het meest en het strengst, maar hun uitspraken zijn ook vaak gekleurd door conflicten, humor en ironie.
Joosen Vanessa. ‘Te kinderachtig voor de kinderen? Leeftijdsnormen in jeugdliteratuur digitaal onderzocht’.
Vooys: tijdschrift voor letteren 37:3(2019), p. 1-9.